De Poutsma Familie

stamboom en andere informatie

Terug naar overig

DE WOUDKLANK, Donderdag 14 maart 1991 door Hans de Jong

DE POUTSMA'S

'n Geslacht van bollebozen

(3) Lof voor de bovenmeester

9 Oktober 1879 is geen dag zoals de andere dagen. Van de vroege morgen af wapperen de vlaggen in de beide Dubbele Straten en langs de Wallen. Er wordt feest gevierd in de vlecke.

Meester lzaak Poutsma jubileert. De bovenmeester van de lagere school aan de Zuidwest-Dubbele straat is in Gorredijk 25 jaar bij het onderwijs werkzaam geweest. De schooljeugd is 's morgens vrij. 's Middags is er een schoolfeest en verder zijn er bijeenkomsten in een meer officiële geest. . Om 12uur 's middags wordt er een receptie gehouden. vindt de uitreiking van de cadeaus plaats en zingt het 'Toonkunst'-koor. Om half drie beginnen de kinderspelen op straat (de tram rijdt nog niet en er is praktisch geen verkeer), waarna de kinderen om vijf uur onthaald worden op chocolade en koek.


Izaak Hendrik Poutsma, 33 jaar schoolhoofd in Gorredijk

's Avonds, om acht uur is er een bijeenkomst voor ouderen in de Koornbeurs hij Van der Wal. Er word menig toepasselijk woord gesproken, waarbij de muziek van het paardenspel Dassie de zinnen bij tijd en wijle verzet. Hoewel ze geen kinderen hebben wonen Hendrik Feddes van Dam en zijn vrouw Johanna de Haan de feestelijke avond bij. Van Dam is de buurman van meester Poutsma en bovendien is diens dochter Albertina (dan 24 jaar) getrouwd met koopman Jan Foppes de Haan (27). een tantezegger van Johanna van Dam de Haan. Op het moment van de festiviteiten is de eerteling van Jan Foppes en Albertina nog geen acht weken jong (baby Harmke). Van een van de sprekers is de toespraak woord voor woord bewaard gebleven. Het is de speech, die de later zo bekende links radicale politicus Geert Laurens van der Zwaag, oud-leerling, van Izaak Poutsma, op die bewuste avond heeft gehouden. Rijkelijk opgesierd met retoriek, is hij vanuit een oogpunt van plaatselijk historie toch de moeite waard in zijn geheel te worden weergegeven. De Friese redevoering, uilgesproken namens, D.O.V. 'De Vriendenkring' te Gorredijk is in 1984 in 'Lyts Frisia' 33 voor het eerst gepubliceerd en mij ter hand gesteld door dr. Teake Hoekema in Zuidhorn, Ik ben zo vrij geweest de soms merkwaardig en wat onbeholpen aandoende taalconstructies wat te moderniseren.

De AFSCHEIDSBRIEF

Gorredijk, 25 april 1910

Amice,
Ofschoon ik door mijne doofheid waarbij zich in de laatste maanden een langzame verlamming, die elke beweging moeilijk en pijnlijk maakt, gevoegd heeft, aan stoel en bed gebonden ben, blijf ik in mijne eenzaamheid toch zoveel mogelijk volgen wat elders op welenschappelijk en politiek gebied zoal plaats grijpt en behoud ik vooral ook belangstelling in hetgeen mijne onmiddellijke omgeving betreft. Onder de zaken, die mij steeds interesseren, behoort ook ons Nutsdepartement, waarvan ik 36 achtereenvolgende jaren secretaris ben geweest en waaraan zoveel herinnering voor mij zich vastknopen.

Het feest van 1915 zaI wel wat anders ingericht worden dan dat van 1865. Men behoeft niet meer zo zuinig te zijn als toen het geval was. Maar in 1890 had het departement 75 jaar bestaan. Niemand der leden dacht daar toen aan, Aan hel eind van een gewone herenvergadering heb ik toen een lezing gehouden over de stichting en de volgende lotgevallen van het Departement. Ik had het niet als punt op de agenda geplaatst, dus was het een verrassing. Een der leden, de heer W. Jonkers, stelde voor ze voor het Nut in het net te schrijven en te bewaren. Ik meende dal het de moeite niet waard was en er is dan ook niets van gekomen.

Maar voor enige tijd kwam mij onder andere paperassen het stuk nog eens in handen. Hé zei ik tot mijzelf, nu kon het stuk nog wel eens nut doen. De feestredenaar van 1915 zal, dit spreekt vanzelf, een terugblik in het verleden van het departement moeten werpen. Beter dan het tijdrovende doorzoeken van de notulenboeken kan dit stuk hem van dienst zijn. Ik weet dit uit ervaring. Maar ik was toen sinds kort emeritus (vanaf 1888 geen schoolmeester meer), had al die tijd en mijn werklust, die nog niet verdwenen was, vond hierbij bevrediging.

Is u en zijn uwe medebestuurders die met mij eens, bewaart dan deze lezing met zijn fouten en doorhalingen, zo niet zend ze dan terug, Wanneer mijne kinderen bij terugzending o.a. deze papieren in handen krijgen, dan ben ik niet bevreesd dat onder hen over het bezit van dit erfstuk twist zal ontstaan. Allen zijn her- en derwaarts verstrooid en ik vermoed, dat niemand van hen veel belang zal stellen in de vroegere geschiedenis van de Nutsdepartement Gorredijk.

Alleen Albertina de Haan, die het langste op hare geboorteplaats in blijven wonen daar nog steeds betrekkingen onderhoudt en die het meest heeft medegewerkt om door zang en muziek de vergaderingen met dames soms wat op te luisteren, kon het behoud van het stuk nog wel eens op prijs stellen.

Als ik nog als verleden jaar kon rondstappen zou ik dit wel mondeling even met U besproken hebben, maar nu moet haast alles schriftelijk geschieden, wat door verzwakking van het gezicht voor mij ook al zijn bezwaren heeft.

Met hartelijke groet,
Uw vriend
I. Poutsma

UP'S EN DOWN'S

Het schoolfeest van 8 oktober 1888 wordt eensdeels gehouden vanwege hel afscheid van meester Poutsma als schoolhoofd, anderzijds ter inwijding van de nieuw gebouwde grote school, nu streekmuseum 'Opsterlân'. De laatste schooljaren zijn zwaar geweest voor Poutsma. Zowel in Gorredijk als Beetsterzwaag (op het gemeentehuis) is bekend, dal hij sukkelt met het ordeprobleem. Eenmaal bevrijd van zijn vaste uiteindelijk knellende baan, blijft hij zich volledig inzetten als secretaris van hel Nutsdepartement. Wanneer het Gorredijkster Nut in 1890 75 jaar beslaat, legt hij in een cahier een uitvoerige rede vast. Feest wordt er niet gevierd -niemand had er tijdig rekening mee gehouden maar de redevoering is in klein comité toch uitgesproken. Belangwekkend uit historisch oogpunt zijn de passages die gaan over zaken betreffende Gorredijk eerder in de negentiende eeuw. Zo meldt Poutsma, dat de brouwerij, waaraan de Brouwerswal zijn naam ontleent, voorheen werd uitgeoefend in het huis thans (dus in 1890) bewoond door koopman Dirk Osinga en dat die in 1815 al was opgeheven. Daar had Andries van der Meulen toen al een bakkerij. Volgens Gjalt Popma praten we nu over het pand aan de Brouwerswal, waarin bakker Jan Verloop vanaf een van de jaren twintig wonende, nu nummer 31, A.K. Popma. Die bewuste brouwer is de uit Noord Drachten afkomstige Jacobus Faber geweest. Hij arriveerde hier in de eerste helft van de achttiende eeuw. Zijn kleinzoon en naamgenoot was in 1815 een van de medeoprichters van het Nutsdepartement.

Poutsma rekende er, blijkens aantekening in zijn Nutsjubileumtoespraak van 1890 niet op het gouden jubileum in 1915 nog te kunnen bijwonen. Zo loopt het inderdaad, want op 21 augustus 1910 overlijdt hij na heel wat up's en down's in de familiale sfeer *. Vijf maanden voor zijn dood stuurt Poutsma nog een brief aan hel Nutsbestuur hier ter plaatse. waarin hij attendeert op zijn calhier met toespraak van 1890. Daar zou men 'over vijf jaar' uit kunnen putten. In 1940 herschrijft departementssecretaris Hendrik Dijkstra Poutsma's Nutsoverzicht grotendeels -het verschijnt in druk- en een halve eeuw later wordt de bewuste brief, die als een afscheidsbrief te beschouwen is, in 'De Woudklank' gepubliceerd. Het typeert zijn uilstraling. Uit de brief blijkt, dat zijn geest nog ongebroken was, maar dat lichamelijke krachten hem in toenemende mate hadden gesloopt.

TOELICHTING NOOT

Terug naar overig